« 1 2 3 » Dit artikel is verdeeld over meerdere pagina's.

Zonnepanelen in Nederland (2014) deel 2

zoinstraling (irridation) in Nederland
Zoninstraling in Nederland
Inhoud artikelen Zonnepanelen in Nederland:
1. Zonnepanelen in het zonnetje gezet
2. De prijsdaling van zonnepaneelsystemen
3. De toekomst van zonnepanelen

2. De prijsdaling van zonnepaneelsystemen

In Nederland worden de meeste zonnepanelen op woonhuizen geplaatst. Boerderijen worden steeds populairder vanwege hun grote dakoppervlakte. In Duitsland is dit geheel anders: daar doet ook de industrie mee en vind men grote zonneparken die gewoon op de grond aangelegd zijn. Dat betekend zon oogsten in plaats van bijvoorbeeld suikerbieten.

In grafiek 1 zien we de ontwikkeling van de zonnepaneelprijzen van een grote Duitse fabrikant. De daling van de zonnepaneelprijzen heeft tot gevolg gehad dat in 2012 grid parity (netpariteit) bereikt is in Nederland. Grid parity is het punt waarop zonnestroom net zo duur is dan stroom uit de elektriciteitscentrale. Na 2012 is zonnestroom voor de consument goedkoper dan stroom via de elektriciteits-bedrijven. Voor bedrijven die soms maar 7 cent per kWh betalen zijn zonnepanelen financieel gezien niet aantrekkelijk.


In grafiek 2 zien we de ontwikkeling van de prijzen van netomvormers. De netomvormermarkt was tot 2012 eigenlijk volledig een Europese aangelegenheid. SMA, Siemens en Steca uit Duitsland, het Nederlandse Mastervolt en het Oostenrijkse Fronius hadden het grootste marktaandeel. Dat is nu, in 2014, voorbij. Heel veel Chinese bedrijven hebben zich op deze markt gestort, met als gevolg dalende prijzen. De verwachting is dat de concurrentie nog verder toe zal nemen, waardoor de prijzen verder zullen dalen. Ook de invoering van de trafoloze netomvormer zal op termijn een gunstig effect op de prijs hebben. Een trafo is een vrij dure component. Zodra de ontwikkelingskosten terugverdiend zijn van het trafoloze concept zullen de prijzen iets dalen.


De hamvraag voor de consument blijft: Wat bespaar ik met zonnepanelen? Het antwoord is dat bij een gunstig gelegen dak ca. 85% van het aantal Watt Peaks (Wp) het aantal opgewekte kWh’s per jaar is. Nemen we een zonnepaneel van 280 Wp, dan levert die per jaar ca. 238 kWh. Volgens het Nibud is het gemiddeld verbruik van een driepersoonshuishouden ca. 3400 kWh. Dat betekend dat 14 zonnepanelen van 280 Wp voldoende zijn om 100% van de elektriciteitsbehoefte af te dekken. Pakt men bijvoorbeeld 7 panelen om 50% te besparen dan zal dit eenmalig ca. € 3600 kosten en zal men ca. € 400,- per jaar besparen op elektriciteitskosten. Dat wil zeggen een terugverdientijd van 9 jaar. Hierin is de stijgende elektriciteitsprijs en reparatie of vervanging van de omvormer niet meegenomen. Stringomvormers gaan ca. 12 tot 15 jaar mee. Micro-omvormers gaan langer mee, soms zelfs de gehele levensduur van de zonnepanelen. Daarstaat tegenover dat stringomvormers meestal niet op het dak gemonteerd zijn en makkelijk te bereiken zijn voor eventuele reparaties. De stijging van elektriciteitsprijzen is vooral een zaak van de politiek. Belasting vormt het grootste bestanddeel van de elektriciteitsprijs.

Als er voordelen zijn, zijn er dan ook nadelen?

Eigenlijk niet. Of het moet zijn dat men het ontsierend vind op zijn dak. Verder is het zo dat de snelle terugverdientijd alleen mogelijk is door het zogenaamde salderen. Salderen betekend dat de energiemaatschappij net zoveel geld voor een kWh aan u dient te betalen, dan u voor een kWh betaald aan de energiemaatschappij. Dit is tot 2023 gegarandeerd, daarna wordt dit geëvalueerd. Volgens de brancheorganisatie Holland Solar zal ook na 2023 het gebruiken van zonnepanelen rendabel blijven. Maar mogelijk wordt het dan toch minder aantrekkelijk. Men kan dan besluiten om elektriciteit op te slaan voor eigen gebruik in een accu, maar die investering kost weer extra geld.

Een andere bedreiging is de komst van de slimme meter. Uiterlijk in 2020 moet iedere Nederlandse woning uitgerust zijn met een slimme meter. Deze meter registreert exact het aantal door de zonnepanelen terug geleverde kWh. Een volgende stap is dan heel eenvoudig: Denk aan een geringere vergoeding voor terug geleverde elektriciteit, of een belasting op terug geleverde elektriciteit. Sommigen zien dit als een goede ontwikkeling. Het is immers nu zo dat ‘rijke’ mensen zonnepanelen kunnen kopen en vervolgens goedkope elektriciteit verbruiken, omdat ze de energiebelastingen omzeilen.

Meer belasting op energie betalen?

Arme mensen daarentegen hebben geen geld om zonnepanelen te kopen, en zullen steeds meer belasting op energie moeten gaan betalen, om de overheidsinkomsten op peil te houden. Daarmee subsidiëren ze in feite de rijke zonnepanelenbezitters. Dit is op dit moment de situatie in Duitsland. Daar komt nog bij dat in de zomer zoveel stroom door Duitse zonnepanelen worden opgewekt dat er een overschot ontstaat. Dit overschot word dan voor een dumpprijs verkocht, onder andere aan Nederlandse energiebedrijven, die hier van profiteren. Een bijkomend gevolg is wel dat ook in Nederland energiecentrales worden stilgezet omdat er genoeg goedkope stroom voorhanden is in het buitenland. In Nederland is het aantal zonnepanelen nog veels te laag om overproductie in piekperiodes te krijgen.

Milieudoelstelling 2020

Dit gegeven en mede de doelstelling (eis van Europa) om in 2020 16% duurzame energie op te wekken zal er voor zorgen dat zonnepanelen in Nederland nog jaren populair blijven (in 2013 was dat nog maar 4,5%). Wel zal op termijn in Europa het elektriciteitsnet aangepast dienen te worden aan decentrale opwekking. Ook dat kost geld. Maar zowel voor- als tegenstanders van zonne-energie zijn het er over eens dat in het jaar 2100 zonne-energie de belangrijkste energiebron zal zijn. En waarschijnlijk al veel eerder….

« 1 2 3 » Dit artikel is verdeeld over meerdere pagina's.

Volgende pagina: Deel 3 van Zonnepanelen in NL